In welke situatie gebruiken we stopwoordjes?
Vaak kan paniek of stress leiden tot het meer gebruiken van stopwoorden. Je bent dan al bezig met het praten zelf, de manier waarop je praat en of de mensen naar je luisteren. Als er nog stress of paniek bij komt kijken, ga je daar aan denken, wat betekent dat je meer tijd nodig hebt om te bedenken wat je precies moet zeggen. Vaak gaan mensen dan meer stopwoorden gebruiken. (Oostendorp, 2024)

Zoals eerder besproken kan een stopwoord zowel positieve als negatieve eigenschappen hebben binnen de communicatie. Maar als we het hebben over een situatie met paniek of stress, is vaak te zien dat de stopwoorden te vaak of op een slechte manier gebruikt worden. Een goed voorbeeld hiervan is bijvoorbeeld een vergadering. Stel je voor, je zit in een vergadering en wil aan je mede-collega’s zo goed mogelijk je idee presenteren, maar je twijfelt of ze het idee wel goed vinden en of ze het niet af zullen kraken. Door deze twijfels word je wat onzekerder en ga je met een gestrest gevoel de vergadering in. Tijdens het presenteren van je idee, ga je veel meer stopwoorden gebruiken door de stress. Dit gaat ervoor zorgen dat je idee minder goed overkomt op je collega’s, want je zekerheid komt minder goed over (Vreede, 2024). Dit kan ook bij een presentatie voor de klas, bijvoorbeeld bij een betoog. Je argumenten komen veel minder sterk over als je steeds die stopwoorden overal tussen gaat plakken.
Toch maken we onze argumenten soms bewust minder sterk. Je kunt de argumenten die je geeft ‘verzachten’. Zo kom je wat vriendelijker over. In het Engels wordt dit ‘hedging’ genoemd. Om beleefd te blijven en niet meteen je standpunt en al je argumenten op iemand af te vuren, kun je er woorden zoals ‘zeg maar’ of 'eigenlijk' tussen plakken. Ook kun je het eind van de zin een ‘toch?’ plakken om ook wat beleefdheid naar de luisteraar te tonen en om te vragen of hij of zij het daarmee eens is. (Vlasyan, 2018)
Ondanks dat er vaak in gestreste situaties stopwoordjes gebruikt worden, kan het ook dat juist in ontspannen situaties veel stopwoordjes gebruikt worden. Je denkt dan vaak minder goed na over wat je precies zegt, dan in een formeler gesprek. Vaak ga je dan minder letten op je taalgebruik en ‘flappen’ die stopwoordjes er tussendoor uit.
Uiteraard verschilt het per persoon in welke situaties hij of zij meer stopwoordjes gebruikt, en welke stopwoordjes hij of zij dan gebruikt.
Vreede, C. (2024, 30 augustus). Stopwoorden op de werkvloer: daar moet je mee stoppen, zeg maar. Shiftbase. https://www.shiftbase.com/nl/blog/stopwoorden-op-de-werkvloer
Vlasyan, G. R. (2018). Linguistic hedging in the light of politeness theory. The European Proceedings Of Social & Behavioural Sciences, 685–690. https://doi.org/10.15405/epsbs.2018.04.02.98